CULTUURBEZUINIGINGEN KRIJGEN GEZICHT

click.php.gif

SCHADE IS GROOT MAAR VEERKRACHT PODIUMKUNSTSECTOR BIEDT KANS OP NIEUW EVENWICHT EN PERSPECTIEF

Het Fonds Podiumkunsten verstrekt vanaf 2013 aan 80 in plaats van 118 instellingen een meerjarige activiteitensubsidie. Van de 203 aanvragers wordt daarmee 39% gehonoreerd. Op basis van de beoordelingen zouden bijna twee keer zoveel instellingen voor subsidie in aanmerking komen. Bekende instellingen waaronder de Appel, het Toneel Speelt, het Nieuw Ensemble en Theaterfestival Boulevard krijgen een positief advies, maar kunnen vanwege ontoereikend budget niet gehonoreerd worden. Slechts 48 van de bestaande 118 fondsinstellingen keren terug. Zeventien van de 80 gehonoreerde instellingen zijn nieuw; zij hadden niet eerder een vierjarige subsidie bij het Fonds Podiumkunsten. De overige vijftien instellingen werden tot nu toe direct door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap gefinancierd.

George Lawson: “De uitslag heeft een dubbele boodschap. Door de beslissingen van het Fonds krijgen de cultuurbezuinigingen een gezicht. De schade is immens groot, maar de beslissingen bieden, dankzij veerkracht van de sector, toch ook kans op een nieuw evenwicht en perspectief. De aantasting van de pluriformiteit is daarmee niet ongedaan gemaakt maar wel zoveel mogelijk beperkt.
Het artistieke spectrum van de podiumkunsten raakt door de bezuinigingen ontegenzeggelijk minder rijk bezet, maar geprobeerd is om recht te blijven doen aan de belangrijkste kleuren. Bij het Fonds lag daarom de nadruk op podiumkunstvormen die niet in het commerciële circuit of in de basisinfrastructuur tot stand worden gebracht. De consequenties hiervan zijn dat het Fonds vanaf 2013 relatief veel jeugddans en kleinere (muziek)theatergezelschappen subsidieert, uit elk belangrijk genre tenminste één festival, meer relatief grote muziekensembles, minder teksttheater en geen opera en musical.

Geslonken budget optimaal benut
Instellingen die al vierjarige subsidie van het Fonds ontvingen vroegen gemiddeld 30% minder subsidie aan. Dit is het gevolg van het maximeren van subsidies en het hanteren van normbedragen gekoppeld aan prestaties. Dat maakte het mogelijk om met het geslonken budget (24,5 miljoen euro) meer instellingen te ondersteunen.

George Lawson: “De plafonds en normbedragen vormden voor veel instellingen een hard gelag, maar hebben ervoor gezorgd dat meer instellingen subsidie hebben gekregen. Het budget loopt met bijna 40% sterker terug dan het aantal instellingen (30%)”.

Niveau aanvragen hoog, concurrentie groot
De concurrentie en selectie was onvergelijkbaar veel zwaarder dan vier jaar geleden. De overvraag was in cijfers uitgedrukt even hoog, maar door het relatief hoge aandeel gesubsidieerde aanvragers is de gemiddelde kwaliteit van de aanvragen vele malen hoger dan vier jaar geleden. Desondanks zijn er 17 nieuwkomers, waarvan 10 instellingen de benodigde vlieguren gemaakt hebben met een tweejarig projectsubsidie van het Fonds Podiumkunsten.

Beoordeling en besluiten; transparant, objectief en zakelijk
Vijf adviescommissies van het Fonds Podiumkunsten hebben de aanvragen beoordeeld per discipline: muziek, dans, theater, muziektheater en festivals. De beoordeling vond plaats aan de hand van duidelijke criteria en een transparant puntensysteem dat voor- en achteraf aangeeft hoe zwaar elk criterium in de beoordeling meetelt.
Kwaliteit was onverminderd belangrijk, maar de overige criteria (pluriformiteit, ondernemerschap, geografische spreiding en matching met andere overheden) wogen zwaarder mee dan voorheen. Dit om te waarborgen dat de keuzes maatschappelijk en economisch duurzaam zijn, dat de unieke Nederlandse veelkleurigheid van de podiumkunsten zo veel mogelijk behouden blijft en dat die in een zo groot mogelijk deel van ons land te zien is.

Vitale sector
Actueel, origineel en grensverleggend is het beeld van de podiumkunsten dat uit de aanvragen naar boven kwam. Een belangrijke constatering is dat hoge artistieke kwaliteit vaak hand in hand gaat met goed ondernemerschap. Opmerkelijke stappen vooruit zijn gemaakt waar het gaat om publieksbenadering, samenwerking, lokaal draagvlak, vermindering van subsidieafhankelijkheid en zichtbaarheid in het land.
De totale inkomsten van instellingen bestaan voor een kleiner deel dan voorheen uit subsidie van verschillende overheden. Het aandeel andere (met name eigen) inkomsten stijgt met acht procent. Daarbij groeit het lokaal draagvlak voor instellingen: verhoudingsgewijs gaat het Fonds minder, en de gemeente en provincie meer bijdragen. Instellingen spreiden hiermee ook hun economisch risico.

Henriëtte Post: “Het is een vitale sector die opvalt door zijn artistieke kwaliteit, toename van maatschappelijk engagement, meer directe communicatie met het publiek en onconventionele presentatievormen”.

bron: Fonds Podium Kunsten 1-8-2012

Over Hans Kerkhoff

Artistic and executive director at Stillis culture entertainment foundation. Vibraphone-player, percussionist, composer and arranger.
Dit bericht werd geplaatst in Nieuws. Bookmark de permalink .